Term | Betekenis |
---|---|
Afstaerte |
af-(of-)staerte(n) (in 't bz. juun...). de verdroogde stengels v. d. uien verwijderen (voor de verkoop): Z.B. (Hkz.; Kpl.; Kb.); T. (Po.); Phi.; Sch.-D; (Zr.; Dsr.; Ng.; Hsd.; Nwk..); Z.V.W. (Bks.; Rtc.; Adb.); G. Ofl. (Mdh.; Azn.).
|
Afstampe | af-(of-)stampe(n) ze stampe vandaege af (of): het werk is vandaag geëindigd dus: ze krijgen gedaan: T. (Ovm.); Sch.-D. (Kwv.; Rns.; Zn.; Ow.); G.; Ofl. (Ogp.). |
Afstêêne | af-(of-)stêêne(n) tot een besluit komen vooral ontkennend: Z.B. (Ktg.); T. (Ovm.); Phi.; Z.V.W. (Hp.); of(af)stene(n): G.; Ofl.
|