Woordenboek supplement

Zoek in het woordenboek

Woordenboek(en)

Term Betekenis
sonkele

waggelen, T (Tln); NB (Col: omversukkelen). Vgl.: vlech­ tebêênen; zwuifelen; soeselen; sliege­ ren; trokkebêênen; soenkelen (etc.).

synoniem(en) - sonkelen
spêêtgerdienen

een uit twee opgebon­ den gedeelten bestaand gordijn., W (Mdb; Ok; Osb: scherts: damesdirec­ toire in twee gedeelten); Rtm; Vwp); ZB (Dw/Ovz; Ha; Han; Wdp); NB (Ks:oud);     T     (Ovm;     Svn);   LvA (Nz:soms) (b) W (Osb). Vgl.: scheiger­ dienen; wegtrekkers.

spetterpap

in de uitdr.: is 't wirra (wêêra) spetterpap achteran?: alweer beschuitpap toe?: ZB (Wde); NB (Col; Ks); Phi; T (Po: oud); ZVW; LvA (Ax).

speuren

in de uitdr.: 't speur nie zo nauwe: het steekt niet zo nauw: ZVW; LvA. Wordt alleen in 3e pers. enkelv. gebruikt.