Term | Betekenis |
---|---|
aevendrood | in de uitdr.: aoven( d)rood brieng wind voo( r)t, mor genrood is waoter in de sloot: op a vondrood volgt onstuimig weer, op morgenrood volgt regen: ZVW; LvA (Nz). Zie: zansondergang. Aovend-, aevendrood, mooi weer in de boot: a vondrood geeft rustig weer: geg. d. Vs, vooral in (o.m. Vlissings-Arnemuidse) vissers- en zeemanskringen. |