schoenmaekerswielen

Zoek in het woordenboek

Woordenboek(en)

Term Betekenis
schoenmaekerswielen

in de uitdr.: me gae op schoenmaekerswielen: te voet; met de benenwagen: ZB (Gs; Ha; Nss); NB (Ks). Zie: kloefe; klompevoeten.