Term | Betekenis |
---|---|
schutskööie |
getimmerte van zware balken die geen gesloten wand vorm den, met rieten dak, gevormd door 4 dakvlakken, Aant. Dsr: ieder dorp op SchD had er vroeger een voor het tijde lijk onderbrengen van loslopend vee; de eigenaar kon het tegen betaling van een bepaalde vergoeding terugkrijgen. Aant. Kwd: zelfde geldt voor ZB; de schutskooie stond vaak bij de vaete. Vgl.: schot(te); schottekooie; schotter WZD 849. |